De Stichting Werkgroep Infectie Preventie (WIP) heeft het “Aanvullend advies op de richtlijn Virale hemorragische koortsen (2004)” verder aangescherpt ten opzichte van de aanvulling van september 2014.Uit de aanscherping blijkt dat nog meer voorzorg in acht genomen wordt. Zo moet nu een (halter)schort over de overall gedragen worden. Tevens worden specifieke eisen gesteld aan de overall.
Eisen overall
De overall moet voorzien zijn lange mouwen, met of zonder manchetten en eventueel met vaste hoofdbedekking (capuchon) en vaste schoenhoezen. De overall moet van stevig materiaal gemaakt zijn dat bestand is tegen scheuren, niet doorlaatbare naden hebben en afgedekte ritsen.
De overall moet bescherming bieden tegen biologische agentia en voldoen aan NEN 14126 en heeft de toevoeging ‘-B’ achter het type nummer. Daarnaast moet voldaan worden aan specifieke eisen aan testen met betrekking tot de bescherming tegen:
Penetratie door besmette vloeistoffen (NEN-EN 16603 en NEN-EN 16604). Daarbij geldt voor NEN 16603 dat het materiaal de test doorstaat bij een hydrostatisch druk van minimaal 3,5 kPa (=klasse 3 van 6) en voor NEN 16604 bij een hydrostatisch druk van minimaal 1,75 kPa (=klasse 2 van 6) (test micro-organisme: bacteriofaag (zonder envelop) met een diameter van 0,027 μm) (2)
Bescherming tegen bacteriële doordringing van vocht (NEN-EN 13795): waarbij de doordringtijd minimaal tussen 30-45 minuten ligt (=klasse 3 van 6) (test micro-organisme: Staphylococces aureus).
Gebruikt linnengoed
Met betrekking tot gebruikt linnengoed geldt dat het aanvullende advies niet is aangepast. Gebruikt linnengoed geldt als afval en moet als zodanig afgevoerd worden. In het gewijzigde advies wordt voor de afvalverwerking verwezen naar bijlage 9 “Afvoeren van afval uit isolatiekamers van patiënten met virale hemorragische koorts” (LCI-richtlijn Virale hemorragische koorts Filovirussen (ebola, marburg)).